ROUTEBESCHRIJVING

Per eigen vervoer:
Ons adres is: Abdijlaan 1, 7004 JL Doetinchem. Wanneer u gebruik maakt van een GPS-systeem dient u als antwoord op de vraag of u onverharde wegen wilt vermijden “nee” in te toetsen; de laatste paar honderd meter richting ons terrein zijn namelijk onverhard.

Vanuit de richting Utrecht/Arnhem:
Vanaf Utrecht volgt u de A12 richting Arnhem. Nabij Arnhem blijft u de A12 volgen, richting Oberhausen. U verlaat de A12 bij knooppunt Ouddijk, richting Doetinchem. U volgt nu de A18 tot aan afslag 4, Doetinchem Oost/Terborg. U rijdt aan het einde van de afslag linksaf de stad in richting het dorp Zelhem. Bij de tweede verkeerslichten, na het tankstation aan uw rechterhand, gaat u rechtsaf de Oostelijke Randweg op richting Zelhem/crematorium. Onder het spoor door gaat u bij de tweede verkeerslichten (het eerste verkeerslicht is een oversteekplaats) rechtsaf de Varsseveldseweg op in de richting van Westendorp/Varsseveld. De Varsseveldseweg rijd u af, u passeert daarbij rechts een molen en u gaat rechtdoor bij de afslag crematorium/begraafplaats Slangenburg. Links passeert u een mechanisatiebedrijf en het kasteel Slangenburg. Voor de Abdij blijft u de Varsseveldseweg volgen, tot u, voor een scherpe bocht naar links, het bord ‘Abdij’ ziet staan. Daar rijdt u via de parkeerplaats naar rechts de onverharde Abdijlaan op. Let op het fietspad! Volg de bordjes ‘Abdij’ door het bos en u komt bij de Abdij aan.

U kunt Doetinchem ook vermijden en de A18 volgen tot aan Varsseveld. Aan het eind van de A18 gaat u dan linksaf richting Westendorp. Enkele kilometers voorbij het dorpje Westendorp maakt de weg een scherpe bocht naar links en in de volgende bocht naar rechts bevindt zich links de inrit naar de Abdij; de Abdijlaan.

Vanuit de richting Deventer:
Via de N348 rijdt u naar Zutphen. Neem op de rotonde op de Den Elterweg de tweede afslag richting Doetichem (N314, N348). Nabij Hummelo volgt u de N317. In Doetinchem (Keppelseweg) volgt u de borden richting Zelhem en niet ver buiten de bebouwde kom rijdt u rechtdoor richting Westendorp/Varsseveld. Dit is de Varsseveldseweg. De Varsseveldseweg rijd u af, u passeert daarbij rechts een molen en u gaat rechtdoor bij de afslag crematorium/begraafplaats Slangenburg. Links passeert u een mechanisatiebedrijf en het kasteel Slangenburg. Voor de Abdij blijft u de Varsseveldseweg volgen, tot u, voor een scherpe bocht naar links, het bord ‘Abdij’ ziet staan. Daar rijdt u via de parkeerplaats naar rechts de onverharde Abdijlaan op. Let op het fietspad! Volg de bordjes ‘Abdij’ door het bos en u komt bij de Abdij aan.

Met het openbaar vervoer:
Bus: Indien u met de bus wilt reizen neemt u vanaf het busstation Doetinchem, gelegen naast het treinstation, bus 74 richting Enschede/Groenlo.
Voor het kasteel stapt u uit bij de halte ‘Kasteel Slangenburg’, deze ligt recht voor het kasteel (waarschuw de chauffeur zo nodig). Vanaf daar loopt u in ongeveer 25 minuten via het fietspad naast de Varsseveldseweg in oostelijke richting (u laat het kasteel daarbij links achter u liggen, u loopt achter de bus aan). Volg de bordjes ‘Abdij’. Soms is een buschauffeur genegen op uw verzoek te stoppen bij het begin van de Abdijlaan!

Let op! In het weekend en op extra feestdagen rijden er géén bussen! Tijdens schoolvakanties rijden er mogelijk minder bussen! ontroleer de tijden op 9292ov.nl!

Met de Regiotaxi:
9292.nl adviseert om in het weekend vanaf het NS station te reizen met RRReis haltetaxi (www.rrreis.nl). Deze rijdt van en naar OV-haltes, dus bijv. ook naar de bushalte bij kasteel Slangenburg. Deze taxi is iets goedkoper dan Regiovervoer ZOOV. (www.zoov.nl)
ZOOV heeft als voordeel dat deze van deur tot deur rijdt, tot de abdij dus.

In alle gevallen komt u uiteindelijk op het parkeerterrein voor de ingang van de abdij. De Abdijhoeve ligt echter achter de grote poort, rechts van de abdijkerk. Na reservering ontvangt u instructies hoe u vanaf hier door de poort naar de Abdijhoeve loopt of rijdt.

“Alle gasten die aankomen moeten worden ontvangen als Christus zelf, want Hij zal eens zeggen: Ik kwam als gast en gij hebt Mij opgenomen. Aan ieder wordt de eer bewezen die men hem verschuldigd is. Zodra dus een gast wordt gemeld, gaan de overste en de broeders hem tegemoet met de meest liefdevolle voorkomendheid.”

Benedictus van Nursia (480-547)